Bereiding:
1. Als u verse gist gebruikt, verkruimel deze dan in warm water met de suiker. Laat het ongeveer 10 minuten staan totdat het activeert (u zult zien dat het begint te schuimen).
2. Als u droge gist gebruikt, voeg deze dan direct toe aan de bloem, zonder deze in het water te hoeven activeren.
3. Zeef de bloem met het zout in een grote kom. Maak een kuiltje in het midden en giet het gistmengsel erin (of alleen water als u droge gist gebruikt).
4. Voeg de olijfolie toe (indien gewenst) en begin te mengen met een houten lepel of uw handen tot het deeg begint te vormen.
5. Leg het deeg op een schoon, licht met bloem bestoven oppervlak. Kneed ongeveer 10 minuten, tot het deeg glad en elastisch is en niet aan uw handen plakt.
6. Vorm het deeg tot een bal en leg deze in een licht met bloem bestoven kom. Dek af met een schone doek en laat ongeveer 1 uur rusten op een warme plaats of tot het deeg in volume is verdubbeld.
7. Verdeel het deeg na de eerste rijs in porties van gelijke grootte. Vorm er lange ballen van en leg ze op een met bloem of bakpapier bedekte bakplaat.