Weet jij hoeveel eieren er nog over zijn?

Laten we eerlijk zijn: we zijn allemaal dol op die kleine raadsels die onder vrienden de ronde doen, die kinderachtig lijken, maar ons doen aarzelen, glimlachen… of twijfelen aan onze logica. En soms schuilt er achter een ogenschijnlijk simpele puzzel een echte les over hoe we redeneren. Dus toen een lezer me vroeg: “Ik heb zes eieren, ik breek er twee, ik bak er twee, ik eet er twee… hoeveel heb ik er nog over?”, wilde ik je meteen meenemen op dit leuke onderzoekje. Want ja, dit soort raadsels zegt veel over onze praktische geest en onze manier van kijken!

Waarom blijven we toch altijd in deze raadsels vastzitten?

Het wordt al snel duidelijk: dit soort puzzels zijn niet afhankelijk van wiskundige vaardigheden, maar van onze intuïtie… soms zelfs te snel. Ons brein komt graag meteen ter zake, vooral als de opgave kort is. We tellen de handelingen in gedachten op – breken, koken, eten – en presto, het antwoord lijkt voor de hand te liggen.  Spoiler alert  : dat is het eigenlijk nooit.

Dit fenomeen heeft zelfs een naam: het heet mentale impulsiviteitsbias (een heel vereenvoudigde versie, maak je geen zorgen!). Kortom, we rennen naar de berekening in plaats van te letten op de betekenis van de woorden. En dat is precies waarom deze beroemde raadsels zo populair zijn: ze prikkelen onze kleine “Ik ben zo zeker van mezelf… oh, echt, niet zo zeker?”-kant.

Het mysterie van het ei: iets wat we vaak over het hoofd zien… zonder dat we het ons realiseren

Laten we rustig opnieuw beginnen:

  • Je begint met 6 eieren.
  • Je breekt 2 eieren, je bakt dezelfde 2 eieren en vervolgens eet je die 2 eieren nog een keer op.

Er is geen enkele aanwijzing dat je andere eieren hebt gebruikt. Met andere woorden, je hebt gewoon van begin tot eind dezelfde twee eieren verwerkt. Het is net zoiets als zeggen: “Ik heb een croissant gepakt, hem in stukken gesneden, er iets op gesmeerd en hem opgegeten.” Je hebt geen drie croissants… je hebt er maar één gebruikt.

En daar gaat onze logica de mist in: we denken in termen van afzonderlijke acties, niet in identieke ingrediënten.

Resultaat: je hebt nog 4 eieren over, gezond en wel, heel, klaar voor een omelet of een zondagse taart.