1. Klop het ei los in een kom en meng het met de suiker, olie en vanillesuiker tot een glad mengsel.
2. Meng in een aparte kom de bloem, het bakpoeder en de cacao.
3. Voeg geleidelijk de droge ingrediënten toe aan het eimengsel, afgewisseld met het water. Meng tot een deeg ontstaat.
4. Kneed het deeg op een met bloem bestoven werkblad tot een gladde massa. 5.
Rol het deeg uit tot een dunne rechthoek.
6. Snijd de rechthoek in repen van ongeveer 5 cm breed.
7. Verhit olie in een koekenpan.
8. Draai elke reep tot een spiraal en bak ze in de hete olie tot ze goudbruin zijn.
9. Haal uit de olie en laat uitlekken op keukenpapier.
10. Bestrooi voor het serveren met poedersuiker of cacao.