
Psychologen zeggen dat je deze 8 zinnen niet tegen een kind moet zeggen
Zelfs als er geen reden is voor je kind om nu te huilen, stop hem of haar dan niet. Je kind moet zijn of haar emoties kunnen uiten. Het mag zich niet geprogrammeerd of gecontroleerd voelen. Anders gaat het zijn of haar gevoelens en emoties verbergen, wat die ook mogen zijn.
Probeer die zin te vervangen door iets als: “Ja, je mag huilen, maar je moet begrijpen dat wat je deed verkeerd was.”
2. “Je stelt me teleur!”
Als er iets misgaat, laten ouders dat vaak duidelijk merken aan hun kinderen door te zeggen dat ze teleurgesteld zijn. Maar in plaats van dit schuldgevoel bij het kind te creëren, is het beter om het in de juiste richting te sturen, zodat het zich kan verbeteren.
3. “Je doet niet genoeg je best!”
Als je tegen je kind zegt dat hij of zij niet genoeg zijn of haar best doet, beschadig je zijn of haar zelfbeeld. Het kan zijn dat hij of zij beperkingen heeft en niet weet hoe hij of zij die moet overwinnen. Moedig hem of haar aan en help hem of haar uitdagingen het hoofd te bieden. Het is belangrijk om dit te laten weten.
Zeg in plaats daarvan: “Wat je doet is goed, maar je kunt het beter.”
4. “Je bent een grote jongen/meisje, je hoeft niet bang te zijn!”
Dit beschermt je kind niet; nogmaals, angst is een emotie die je niet moet onderdrukken. Als je kind bang is, moet het leren hoe het die angst onder ogen kan zien en overwinnen. Dit is wat jij als ouder moet leren.
Zeg: “Het is oké om bang te zijn, iedereen is wel eens bang, maar ik ga je iets laten zien wat kan helpen.”
5. “Je bent waardeloos!”