12 waarschuwingssignalen van dementie

Dementie maakt dagelijkse taken vaak moeilijk. Iemand kan vergeten hoe hij gewone huishoudelijke apparaten zoals een magnetron, telefoon of computer moet gebruiken. Ook kan hij moeite hebben met het uitvoeren van taken die hij al jaren doet, zoals rekeningen betalen, financiën beheren of naar bekende plekken gaan.

3. Verwarring met tijd en ruimte:
Mensen met dementie kunnen de data, seizoenen en het verstrijken van de tijd uit het oog verliezen. Ze kunnen verdwalen in hun eigen huis of route. Ze kunnen ook vaste activiteiten zoals afspraken vergeten en moeite hebben met het indelen van hun tijd, waardoor het lastig is om zich aan een schema te houden.

4. Taalproblemen.
Mensen met vroege tekenen van dementie hebben vaak moeite met het vinden van de juiste woorden of gebruiken onjuiste woorden in een gesprek. Ze kunnen de namen van veelvoorkomende voorwerpen vergeten of moeite hebben met het volgen van of deelnemen aan een gesprek. Frequente pauzes in het spreken of herhalingen kunnen tekenen zijn van cognitieve achteruitgang.

5. Spullen kwijtraken.
Iemand met dementie kan spullen kwijtraken op ongewone plekken, zoals sleutels in de koelkast of portemonnee in een schoenenla. Ze vergeten soms waar ze hun spullen hebben gelaten en raken soms overstuur of geïrriteerd als ze ze niet kunnen vinden.

6. Slecht oordeelsvermogen en besluitvorming:
Dementie kan iemands vermogen om weloverwogen beslissingen te nemen aantasten. Mensen met dementie kunnen een slecht oordeelsvermogen vertonen in sociale situaties, onverantwoordelijk geld uitgeven of hun persoonlijke hygiëne en uiterlijke verzorging verwaarlozen. Ze kunnen zich ook ongepast kleden voor het weer of zich schuldig maken aan riskant gedrag zonder de gevolgen te overwegen.

7. Terugtrekking uit sociale activiteiten.
Een persoon met dementie kan sociale activiteiten gaan vermijden waar hij/zij vroeger van genoot. Hij/zij kan zich terugtrekken uit hobby’s, familiebijeenkomsten of werk, wat leidt tot eenzaamheid. Dit gedrag kan worden veroorzaakt door verwarring, communicatieproblemen of schaamte die verband houden met geheugenproblemen.

8. Stemmings- en persoonlijkheidsveranderingen